Toekomst van domeinnamen

Voorafgaand aan De Dag van de Domeinnaam 2018 schreef ik een blog over de toekomst van de domeinnaam. Hier een repost van die blog.

Een collega zei ooit tegen mij, toen we samen aan een project werkte: “Wat 50 jaar geleden bestond en nu nog steeds bestaat, dat bestaat over 50 jaar ook nog”. Ik vond het wel goed klinken en heb de uitspraak dus altijd onthouden. Het is inmiddels 6 jaar geleden en ik heb eigenlijk nooit voorbeelden gezocht. De grens van de uitspraak schuift ook op natuurlijk… Voor mij staat de uitspraak dan ook meer voor de toekomstvastheid van dingen. Dit jaar staat de Dag van de Domeinnaam in het teken van de toekomst van domeinnamen.

Het goede nieuws
De afgelopen jaren is een (eigen) domeinnaam, e-mailadres en website tot de standaard inboedel van bedrijven gaan behoren. Uiteraard zie je nog wel eens een busje met een hotmailadres maar in de regel is het niet meer weg te denken. Alle startende bedrijven hebben een domeinnaam bij hun KvK inschrijving. De vrije val van het aantal domeinnamen, die velen voorspelde, heeft dus niet plaatsgevonden.

Het slechte nieuws
Als je de cijfers van SIDN bekijkt van 1996 tot en met nu, dan lijkt dit verdacht veel op de curve van een product life cycle. Sterker nog, het komt bijna naadloos overeen. Domeinnamen zitten dus in de volwassenheidsfase en de vraag is dus niet óf maar wanneer er een terugval gaat plaatsvinden. Bij brood duurt die volwassenheidsfase al best lang maar hoe zit dat met domeinnamen?

Particulieren spelen sleutelrol
Voor bedrijven zie ik geen enkele aanleiding of substituut waardoor de terugval zou plaatsvinden. Recent liep Facebook – door velen gezien als het alternatief voor een domeinnaam – een aardig deukje op. Maar goed, uitsluitend bedrijven is weinig kurk om op te drijven, dus om de terugval écht uit te stellen zal een domeinnaam ook betekenis voor particulieren moeten krijgen. Daar zit de groei. Maar die betekenis is er nog niet. Dus terugkomend op de product life cycle; innovatie is belangrijker dan ooit om de volwassenheidsfase te verlengen.

Volle agenda
Verreweg de meeste registrars zijn bezig met het behouden van bestaande klanten. De €1 acties werken nog wel maar churnen ook steeds harder. De marketingcommunicatie van registrars is zichtbaar aan het veranderen. Dichter op de klant, extra diensten en loyaliteit. Dat is best een omslag als je bedenkt dat de klanten eerst binnenstroomden. Reken daarbij de Europese verordeningen en regelgeving van afgelopen jaren en daar is het harde besef: de agenda (in business lingo roadmap) is overvol. Er is weinig tijd voor innovatie.

Korte versus lange termijn
Doordat er weinig (tijd voor) innovatie is, komt er steeds meer druk op de prijzen. Zowel richting de klant als naar de leveranciers. Ook dit past in het plaatje. Prijzen verlagen is namelijk een makkelijke manier om klanten binnen te halen en een betere inkoop is een makkelijke manier om meer marge te maken. Het verrotte is: deze twee gaan vaak hand in hand. Er is altijd wel iemand die de marge weggeeft aan een klant. Het is korte termijn.

Fondsen benutten
Om een lang verhaal kort te maken: ik denk dat het belangrijker dan ooit is om de fondsen te benutten die er liggen. En dan specifiek voor innovatie. Als gezegd omdat er a) weinig tijd is in de dagelijkse operatie b) prijzen onder druk staan en c) een domeinnaam geen betekenis heeft voor particulieren. Registry en registrars hebben dus een gedeeld belang bij innovatie en het ontwikkelen van nieuwe toepassingen. Voor de lange termijn. Voor het verlengen van de volwassenheidsfase.

Dit is dus niet uitsluitend aan de registry. Of aan de registrars. Het is een gezamenlijk belang en een gezamenlijke inspanning. De ontwikkelkracht zit bij de registrars, dus als je het mij vraagt zouden die veel makkelijker en sneller innovatieve projecten moeten kunnen opzetten. Gefaciliteerd door de registry. Vanuit de beschikbare fondsen. Linksom of rechtsom, als je nu niet samen optrekt dan volgt de terugval sneller dan je denkt en kijken we elkaar over 10 jaar aan en vragen we ons af: waar ging het nou mis?